Proza, Signalement

Signalement: Barre zoektocht naar gezonde relatie tussen ouder en kind

Zomervacht

Jaap Robben

Met zijn verfomfaaide oorlelletje is de jonge Brian vast een rebelse verschijning. De Nederlandse schrijver Jaap Robben (1984) beschrijft niet hoe de jongen er nu uitziet, maar op basis van het strak naar achteren gekamde gelhaar en het rattenstaartje dat vroeger in zijn nek kriebelde, kunnen we ons een aardig beeld vormen.

Het zijn exact die vooroordelen waartegen het hoofdpersonage Brian vecht in de roman Zomervacht. Hij probeert in het gevlei te komen bij zijn vader Maurice, met wie hij op een braakliggend stuk grond buiten de stad woont. Ook die woning wordt nooit beschreven: het is Robben, die eerder succes oogstte met zijn debuut Birk (2014), niet om die aftandse omgeving te doen. Hoogstens zijn de louche figuren Jean en Bruine Henri van belang, die op hetzelfde erf wonen en de grond in beheer hebben en de stacaravan die op het land staat. Die vervallen miniwoning is namelijk de voornaamste bron van inkomsten voor Maurice, die de verhuur daarvan voor zijn rekening neemt. Hij vraagt voor een verblijf in het hutje op wieltjes de hoofdprijs, en komt de huur iedere week weer eerder innen.

Het financiële leven van vader en zoon hangt met spuug en paktouw aan elkaar: er komt nauwelijks geld binnen, waardoor Brians speelgoed verkocht moet worden. Ook is het Brian die de verkeersboete betaalt als de twee door de lokale politie worden aangehouden. Maar dan dient zich een nieuw verdienmodel aan: Brians zwaar gehandicapte broer Lucien, die normaal gesproken in een inrichting zit, moet vanwege een verbouwing een tijdje thuis verblijven. Aanvankelijk ziet vader Maurice het niet zitten die zorgtaak op zich te nemen, maar als hij hoort dat dat het gezin toch een mooie 280 euro per week zou opleveren, gaat hij direct overstag.

Zomervacht is – net als Birk – een onderzoek naar de ongelijkwaardige band tussen ouder en kind. Wij als beter wetende lezers kunnen maar met moeite toezien hoe Brian zich in allerlei bochten wringt om de goedkeuring van zijn tirannieke vader te krijgen, maar Brian weet triest genoeg niet beter dan dat hij die zogenaamde liefde moet verdienen door goede deals te sluiten met caravanhuurders en door de neerbuigende piemelgrappen van Maurice te incasseren. Zijn beloning: vluchtig toegestopte briefjes van twintig en te harde schouderklopjes.

Niet alleen de relatie met Brian is ongezond: ook tegenover Lucien toont Maurice nauwelijks gepaste vadergevoelens. De gehandicapte zoon wordt in dierlijke termen beschreven: hij gromt, klauwt, stoot onherleidbare klanken uit en moet op gezette tijden gevoerd worden met geblenderd eten en pillen. Intussen is de moeder van de twee zoons de grote afwezige: waar is ze, wie was ze en waarom besloot ze haar gezin te verlaten? De antwoorden op die vragen worden stukje bij beetje aan de lezer cadeau gedaan: lange tijd is zij alleen aanwezig in flitsen en details, zoals in het shirt waarmee Brian zijn brommer schoonpoetst of de flashback naar de autoritten waarin hij de bochten gebruikte om tegen haar aan te hellen. Het zijn herinneringen als deze die duidelijk maken welk aandachttekort Brian door toedoen van de energieslurpende Lucien heeft opgelopen: Brian verlangt naar de strelingen die Lucien wel ontvangt, maar krijgt die affectie zelfs niet als hij zijn moeder erom vraagt.

Iedere kans op aandacht grijpt hij dan ook met beide handen. Het zijn de gehandicapte Selma die verblijft in dezelfde kliniek als Lucien, en caravanhuurder Emile die Brian met hun interesse op de been houden. Ook die vriendschappen blijken echter allerminst ongecompliceerd of onvoorwaardelijk: de twee deinzen terug bij de minste suggestie van onbetrouwbaarheid en vallen dan terug op afstandelijkheid.

Zomervacht is gebouwd op dialogen: dat wat gezegd wordt, vormt het fundament. Toch blijft dat wat onbesproken blijft achter bij de lezer. Bijvoorbeeld dat Brian, zonder het zelf goed door te hebben, leeft op de rand van verwaarlozing. Hij woont in een mannenwereld, waarin zorg ontbreekt, waar aan de lopende band neerbuigende seksgrappen worden gemaakt en waar de vrouw de vijand is. De metaforen die Robben tussen de dialogen door in Brians gedachten plant, zijn, net als in Birk, van een kinderlijke schoonheid. Meer dan in die debuutroman ligt de onhoudbaarheid van de situatie echter voelbaar aan de oppervlakte. De in dat verhaal opgeroepen spanning blijft deze keer jammer genoeg achterwege. Zomervacht is minder subtiel en schurend dan zijn voorganger: van meet af aan is duidelijk dat vader Maurice zijn zoons gebruikt om onder zijn verantwoordelijkheden uit te komen en dat maakt het einde verwacht. Dat maakt het psychologisch spel in Zomervacht niet minder knap: de onderhandelaarsrol die Brian van zijn vader kopieert, waarmee hij onbewust potentiële vrienden tegen zich in het harnas jaagt; zijn verwarrende verliefdheid op Selma; het gemis van zijn moeder, dat hij wegdrukt in een hoekje van zijn brein – in Brians dertienjarige hoofd is een hoop gaande, maar Robben doseert al die gedachten feilloos, zodat de lezer niet overrompeld raakt.

Bovendien kun je je afvragen welke kritiek op onze omgang met geestelijk gehandicapten Robben met Zomervacht levert: is onze controle op hun welzijn te laks? De roman doet daarover geen duidelijke uitspraken: daarvoor blijft ook de schrijver te veel hangen in clichématig en onverstaanbaar gebrabbel. Veel meer is dit verhaal een aanklacht tegen de verwaarlozing van kinderen an sich, die door hun ouders zomaar buiten de kijkers van de overheid kunnen worden gehouden. In Zomervacht is geen enkel personage zo onmiskenbaar goedhartig dat hij Brian uit zijn nijpende situatie wil verlossen. Nog het meest in de haak is de nieuwe huurder van de caravan, maar ook die heeft heel wat misstappen begaan en houdt zich afzijdig, ongetwijfeld bang om nog meer schade aan te richten.

Zomervacht mag dan, net als Birk, de gebaande paden van de jeugdroman bewandelen, ook dit vervolg is een knappe zoektocht naar een gezonde band tussen ouder en kind. Als we de lijn van Robbens oeuvre volgen, blijkt dat nog een hele uitdaging.

Signalement: Zomervacht van Jaap Robben door Anne van den Dool.

De Geus, Amsterdam, 2018
ISBN 9789044525014
320p.

Geplaatst op 20/12/2018

Tags: anne van den dool, Birk, dialoog, gemis naar de afwezige moeder, Jaap Robben, Ouder en kind, Zomervacht

Categorie: Proza, Signalement

Naar boven

Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je reactie zal pas verschijnen na controle op spam. Dat kan een paar uren of dagen duren.